Eind jaren zestig kwam het kraken op als protestvorm tegen de leegstand van en speculatie met gebouwen, en tegen de lakse manier waarop sommige eigenaren (opvallend vaak: overheden) omgingen met erfgoed. Als reactie op een aantal rechterlijke uitspraken, die ontruiming van gekraakte gebouwen verboden bij het ontbreken van een concreet gebruiks- of verbouwingsplan, ontstond in de jaren 90 het gebruikscontract/beheercontract (“anti-kraak”). En een nieuwe loot aan de rechteloze-huurder-boom is de tijdelijke verhuur, nu de mogelijkheden door een aanpassing van de leegstandswet steeds verder zijn opgerekt.
filmhuis ’t Hoogt in Utrecht: door krakers gered van de sloop
Stel: je maakt in het regeerakkoord de wijkaanpak tot een topprioriteit voor Balkenende-IV. Maar je vergeet ook maar één cent voor deze topprioriteit te reserveren. Wat nu? Bedenk een list: laat de woningcorporaties opdraaien voor de kosten van jouw mooie plannetjes, zodat de huurders gaan betalen voor de wijkagenten, inburgeringscursussen of reintegratietrajecten in hun wijk. Want de miljonair in Wassenaar heeft geen zin om daaraan mee te betalen.
De Nederlandse huurder is de flappentap van Wouter Bos
In 11% van de Nederlandse woningen hebben de installaties (gas, elektriciteit, ventilatie, water) of daarmee verbonden apparaten een zodanig gebrek dat dit kan leiden tot een dodelijk ongeval (TNO, 2007). De belangrijkste risicobron vormen de gasinstallatie en open verbrandingstoestellen (gaskachels, geisers, verouderde CV-ketels). Ik ben voorstander van een verbod op de plaatsing van nieuwe open verbrandingstoestellen en een APK voor woninginstallaties. Lees hier waarom!
In december 2007 bezocht ik als lid van de Nederlandse parlementaire delegatie de VN-klimaattop in Bali. Lees hier de verslagen van de debatten in de aanloop naar de klimaattop, en het dagboek dat ik ter plekke bij hield.
ovationeel applaus van de plenaire vergadering bij de klimaatconferentie van Bali, na het aannemen van het Besluit
Waterschappen zijn de oudste bestuurslaag van Nederland. Maar wat vroeger handig was hoeft dat nu niet meer te zijn. De SP houdt meer van integraal dan van sectoraal bestuur. De democratische legitimatie van de waterschappen is erg mager. Door de opschaling opereren de waterschappen qua omvang op de schaal van de provincies. Wij zijn er voorstander van om de waterschappen als uitvoeringsorganisatie onder te brengen bij de provincies. Dat laat onverlet dat de waterschappen nuttig werk doen en een grote mate van deskundigheid hebben.
Wind-op-land is op dit moment in Nederland na biomassa -waarvan de duurzaamheidsclaim discutabel is- de meest rendabele vorm van hernieuwbare energie. Naar verwachting zal wind op land vóór 2020 zonder (SDE-)subsidie rendabel zijn. Voor wind op zee wordt het breakeven point naar verwachting vijf tot tien jaar later bereikt.
In het kader van het Ruimte voor de Rivier programma moet de afvoercapaciteit van de IJssel tussen Zwolle en het Ketelmeer verbeterd worden. Het oorspronkelijke idee was om het rivierbed tussen Zwolle en Kampen te verdiepen, maar de provincie Overijssel en de gemeente Kampen zijn inmiddels voorstander van de aanleg van een nieuwe verbinding tussen de IJssel en de randmeren ten zuiden van Kampen. Dat gebied gaat toch al op de schop door de aanleg van de spoorlijn Lelystad-Zwolle en de A50/N50. Gebiedsontwikkeling heet dat. Goed idee?
De artikelen van voor 2014 in dit dossier heb ik geschreven als woordvoerder energie en Tweede Kamerlid van de SP.
Mijn standpunt omschreef ik destijd als volgt: “Per saldo vindt de SP het op dit moment niet verstandig om te investeren in een nieuwe kerncentrale. In plaats daarvan zou er prioriteit gegeven moeten worden aan energiebesparing en duurzame energie. Wel is het verstandig om publieke middelen te blijven investeren in onderzoek naar kernenergie. Het lijkt erop dat op afzienbare termijn veilige en energiezuinige kerncentrales beschikbaar komen. Dat zou een nuttige transitietechnologie kunnen zijn in de periode dat we overschakelen naar een duurzame energiehuishouding. Het artikel Kernenergie: hollen of stilstaan? (Spanning 11/2008) geeft een compacte samenvatting van onze visie.”
Inmiddels ben ik voorstander van de bouw van twee tot drie nieuwe kerncentrales, als onderdeel van een CO2-arme energiemix. De reden daarvoor is dat de urgentie van een snelle verlaging van de CO2-emmissies bij elektriciteitsproductie gegroeid is. Die omschakeling zal voor het grootste deel uit duurzame energie en energiebesparing moeten komen, maar voor het overbruggen van perioden zonder zon en wind -door Duitsers treffend omschreven als Dunkelflaute- is kernenergie de enige CO2-arme techniek die zoden aan de dijk zet. Meer over mijn afwegingen van voor- en nadelen vind je in het recentere artikel Beperkte inzet kernenergie ook in Nederland verantwoord.
In Frankrijk is kernenergie ook in 2023 nog de nr.1 bron voor elektriciteitsproductie
In vele bewoordingen is afgelopen jaren verkondigd dat de woningmarkt “… op slot zit.” Scheefwoners zouden een groot deel van de sociale huurvoorraad bevolken, er gaapt een gat tussen de huur- en de koopsector en de hypotheekaftrek drijft de prijzen in de koopsector op. Wat is mythe, wat de werkelijkheid? Lees er meer over in het dossier woningmarkt. Mijn eigen visie over de aanpak van de woningnood lees je in Bouwen, bouwen, bouwen
Meer dan een half miljoen woningen die gefundeerd zijn op houten palen dreigen door hun hoeven te zakken wegens bacteriële aantasting en paalrot door lagere grondwaterstanden. Is dat alleen een probleem van de eigenaar, of moet de overheid ook een handje helpen bij de oplossing? Wat mij betreft wel.
Ik heb in mijn tijd als Kamerlid veel energie gestoken in pleidooien voor een gestructureerde aanpak van funderingsherstel, geïnspireerd door het initiatief van Ad van Wensen (RIP) in Dordrecht. Belangrijkste concrete resultaat was de cofinanciering van het KCAF door het Rijk na een SP-CDA-PvdA motie.
Veel nuttige informatie is te vinden op het funderingsloket van het KennisCentrum Aanpak Funderingsherstel.
UPDATE 23 oktober 2023
De actuele stand van zaken kan je lezen in de brief voortgang aanpak funderingsproblematiek d.d. 9 oktober van demissionair minster De Jonge aan de Tweede Kamer. 16 jaar na mijn eerste artikel over dit onderwerp is de voortgang nog steeds tergend langzaam. Nu mag de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur weer gaan adviseren over een “samenhangende aanpak”. Positief is dat er een aantal verbeteringen worden doorgevoerd in de werking van het Fonds Duurzaam Funderingsherstel. Daar maakten door allerlei bureaucratische drempels afgelopen jaren maar 60 woningeigenaren gebruik van.
UPDATE 23 juni 2024
De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur heeft, op verzoek van de minister van Binnenlandse Zaken, een advies Goed gefundeerd uitgebracht, over de rol voor de overheid bij een gestructureerde aanpak van de funderingsproblematiek in Nederland. De vier belangrijkste aanbevelingen van de RLI: er moet op korte termijn betrouwbare funderingsinformatie voor alle gebouwen in NL beschikbaar komen; gezamenlijke inzet van overheden is onmisbaar, langs vijf sporen (beschikbaarheid van risico-informatie over funderingsschade verbeteren; funderingsschade voorkomen; maatschappelijke problemen voorkomen door ondersteuning en ontzorging; subsidie- en leenmogelijkheden creëren voor schade- en funderingsherstel; zorgen voor gezamenlijke en krachtige uitvoering); de kosten aan de kant van de Rijksoverheid raam de RLI voor de periode 2024-2035 op €12 miljard.
In het hoofdlijnenakkoord van coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB wordt geen woord besteed aan de conclusies die zij verbinden aan het RLI advies. Daar wordt dus ook (nog) geen cent voor uitgetrokken (bron: Hoofdlijnenakkoord mist concrete oplossing funderingsproblematiek).