Vandaag kwamen in de Tweede Kamer de moties in stemming die zijn ingediend bij het debat over de voortgang van “Schoon en Zuinig”. Ik diende een motie die de regering vroeg om te komen met regels voor het beschermen van mensen tegen het geluid en de lichtreflectie van windmolens. Helaas ondersteunde alleen de Partij voor de Dieren mijn verzoek. Het is toch wel opmerkelijk dat de rest van de Kamer rustig op zijn handen blijft zitten.
Nu windmolens steeds hoger worden, wordt ook het geluid namelijk een steeds groter probleem. Als het in hogere luchtlagen waait, kan het op de grond windstil zijn met daardoor veel geluidsoverlast tot gevolg. Ik stelde al eerder schriftelijke Kamervragen over dit probleem. Minister Cramer gaf in de beantwoording van deze vragen ruiterlijk toe dat de huidige berekening van het geluidsniveau niet klopt en dat dit op termijn moet worden aangepast. Zoals gebruikelijk wacht zij totdat “Brussel” met richtlijnen komt. En dus geven de coalitiepartijen en vrijwel de gehele oppositie de windmolenbouwers een vrijbrief om veel te dicht op bebouwing windmolenparken neer te zetten.
Deze partijen nemen op deze manier een groot risico, namelijk dat de duurzaamheidsdoelstellingen van het kabinet (die toch al onder druk staan) niet worden gehaald. Omwonenden zullen namelijk massaal gaan procederen tegen de komst van de windmolens en zij hebben nog gelijk ook. Er wordt gewoon toegegeven dat de geluidsberekeningen die nu worden gehanteerd niet kloppen. Dat is slecht voor de productie van groene stroom -de molens mogen niet draaien- en kost lagere overheden en initiatiefnemers een hoop geld. Alleen de advocaten worden hier beter van.