Een SP-deelraadslid stuurde me vorige week een afschrift van een brief die de Amsterdamse wethouder Herrema op 16 oktober 2007 mede namens 16 andere gemeenten gestuurd heeft aan minister Vogelaar. Herrema pleit ervoor om de 15-30% opslag bij huurwoningen in een beschermd stadsgezicht en/of monumentenstatus af te schaffen. Een volkomen terecht pleidooi.

De Utrechtse Wulpstraat: voormalige weduwenwoningen gaan nu weg voor de hoofdprijs.
De huurprijzen van woningen zijn gereguleerd door middel van een puntentelling. Je krijgt punten voor het vloeroppervlak, CV-installatie en andere voorzieningen. Als je dat vermenigvuldigt met de prijs per punt heb je de maximale huurprijs voor je woning.
Een jaar of tien geleden hebben de Huurcommissies (verantwoordelijk voor het toezicht op de huurprijzen) echter bedacht dat de maximale huurprijzen voor gemeentelijke monument 15% hoger en voor rijksmonumenten zelfs 30% hoger mogen zijn. Vervolgens is bepaald dat ook woningen in een beschermd stadsgezicht 15% duurder mogen worden. De gedachte daarachter is dat de eigenaar voor dergelijke woningen hogere kosten maakt.
Maar in de praktijk is dat geen automatisme. Zo zijn er in Amsterdam enkele tienduizenden sociale huurwoningen, gebouwd tussen 1900 en 1940, die liggen in een beschermd stadsgezicht. Het zijn precies dezelfde huizen die elders ook staan en de onderhoudskosten van de corporaties zijn niet anders. Maar ze mogen nu opeens wèl 15-30% extra huur vragen.
In maart 2000 stelde Remi Poppe al eens schriftelijke vragen over dit fenomeen.
Lees hier de antwoorden die staatssecretaris Remkes destijds gaf:
SVHuurprijsMonumenten
En in 2002 droeg ik het Utrechts Monumentenfonds voor bij het Guiness Book of Records als kampioen huurverhogen. Piepkleine huurhuisjes, die in 1979 vijf gulden per week opbrachten gingen inmiddels van de hand voor 480 euro per maand. Gevolg: de laatste betaalbare bejaardenwoningen in de binnenstad per Utrecht zijn aan de sociale voorraad onttrokken.
Goed dat nu ook de wethouders van de grote steden er zo over denken. Ik ga de minister binnenkort aan de tand voelen over haar antwoorden.