Volgens minister Blok kost de invoering van inkomensafhankelijke huurverhogingen in de orde van €2-3 miljoen/jaar aan extra werk bij de woningcorporaties, de Belastingdienst en de Huurcommissie. Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel rekende ik de minister voor dat het werkelijke bedrag in de orde van €50 miljoen/jaar ligt. Nu de invoeringsdatum dichterbij komt zijn er steeds meer aanwijzingen dat mijn rekensom zo slecht nog niet was.
Ik stelde de vragen naar aanleiding van een reportage van het NOS journaal bij corporatie Wonen Zuid, die op dat moment nog 0% van de gegevens ontvangen had. Organisatorisch betekent dat voor de corporatie dat het nauwelijks meer mogelijk is om tijdig een aanzegging voor de huurverhoging -zes weken voor 1 juli- de deur uit te doen.
Blok moest tijdens het vragenuur toegeven dat het aanleveren van de inkomensgegevens van huurders -sowieso een uiterst aanvechtbaar fenomeen- in 10-15% van de gevallen misgaat. Dat betekent dat voor 240.000 tot 360.000 huurders handmatig zaken moeten worden uitgezocht. Dat kosten handenvol met geld. Ook is duidelijk dat, mede hierdoor, het aantal bezwaarschriften bij de Belastingdienst en de Huurcommissie minstens een factor tien hoger wordt dan het aantal dat de minister in zijn rekensom heeft meegenomen. Big Fail dus.
Dat is des te stuitender omdat de minister, voluit gesteund door VVD en PvdA, van de daken schreeuwt dat de algemene bedrijfskosten van de woningcorporaties de pan uitrijzen. Vind je dat gek met dit beleid. De VVD strijdt tegen de paarse krokodil, maar zet een hele krokodillenkolonie uit in de corporatievijver.
lees hier het stenogram van het vragenuur van 9 april: 20130409 MV bureaucratie inkomensafhankelijke huurverhogingen
Paulus Jansen 