Mensen die vrijwilligerswerk doen bij een woningcorporatie kunnen niet langer belastingvrij een onkostenvergoeding krijgen voor hun vrijwilligerswerk. Dat schrijft staatssecretaris de Jager (Financiën) naar aanleiding van mijn vragen. Oorzaak: de invoering van de integrale vennootschapsbelasting bij woningcorporaties….
Mij lijkt dat dit soort ellende zelfs de twijfelende woordvoerders Depla en Van Bochove ervan moet overtuigen dat de invoering van winstbelasting over de sociale, niet-winstgevende taken van woningcorporaties een beetje dom en asociaal was. We drijven de corporaties verder de markt op en jagen nu ook nog de schaarse vrijwilligers de deur uit. Wouter Bos: hoe kreeg je dit verzonnen?
Antwoorden op de vragen van het lid Jansen (SP) over de toepasselijkheid van de vrijwilligersregeling voor woningbouwcorporaties (ingezonden 6 mei 2009).
1. Heeft u kennisgenomen van het bericht ‘vrijwilligersregeling onzeker over vrijwilligersvergoeding bij woningcorporaties’?
Ja.
2. Is na de invoering van de integrale vennootschapsbelasting voor woningcorporaties artikel 2, zesde lid van de Wet op de loonbelasting 1964 nog steeds van toepassing op vrijwilligers die werkzaamheden verrichten voor woningcorporaties?
Nee. De vrijwilligersregeling is alleen – onder voorwaarden – toepasbaar door een sportorganisatie dan wel door een publiek- of privaatrechtelijk lichaam dat niet is onderworpen aan de vennootschapsbelasting. Een belangrijk kenmerk van vrijwilligerswerk is dat een eventuele vergoeding in geen verhouding staat tot het tijdsbeslag en de aard van de verrichte werkzaamheden, maar meer het karakter heeft van een forfaitaire kostenvergoeding. In geval van organisaties zonder winstoogmerk mag worden aangenomen dat mensen die niet bij wijze van beroep arbeid verrichten en uitsluitend vergoedingen of verstrekkingen genieten met een gezamenlijke waarde van ten hoogste € 150 per maand en € 1500 per kalenderjaar geen werknemer zijn.
In geval van een privaat- of publiekrechtelijk lichaam dat wèl aan de vennootschapsbelasting is onderworpen is die aanname niet gemaakt, en is de vrijwilligersregeling dus niet van toepassing. Overigens leidt het gebruik van vrijwilligers dan niet per definitie tot werknemerschap en loon. Er is pas sprake van loon zodra de vergoeding hoger is dan de naar redelijkheid te bepalen werkelijke kosten.
3. Zo nee, is hier sprake van een onbedoeld effect van de invoering van de integrale vennootschapsbelasting voor woningcorporaties? Zo ja, bent u bereid dit onbedoelde effect zo spoedig mogelijk en met terugwerkende kracht te repareren?
Het kabinet is van mening dat de bestaande wettelijke mogelijkheden voor privaat- of publiekrechtelijke lichamen die wèl onderworpen zijn aan vennootschapbelasting voldoende ruimte geven om aan vrijwilligers belastingvrij een kostenvergoeding – afhankelijk van de in redelijkheid te bepalen werkelijke kosten van de vrijwilliger, bijvoorbeeld reiskosten – te verschaffen.
Ingeval een woningcorporatie gebruik maakt van vrijwilligers kan zij zich in verbinding stellen met de Belastingdienst om de feitelijke situatie te bespreken.
Meer lezen?
Zie dossier vennootschapsbelasting woningcorporaties