Afgelopen vrijdag was ik op bezoek bij Hoogovens, om te praten over hun energie/klimaatbeleid en legionellapreventie. Maar natuurlijk kwam ook de situatie op de staalmarkt en de gevolgen van de overname van de Corusgroep door het Indiase Tata-concern aan de orde.
Corus is een van de Europese topproducenten van staal en staalproducten. De productiviteit en kwaliteit liggen op een hoog niveau en de emissies zijn relatief laag. Het woord relatief is hier overigens wel op zijn plaats, want de Corus-vestiging IJmuiden is in zijn eentje goed voor 5% van de totale Nederlandse CO2-emissies.
Daarmee is direct een strategisch probleem aan de orde. Staalproductie is een zeer energie-intensief proces en op dit moment wordt nog steeds gebruik gemaakt van het meer dan 200 jaar oude Bessemer procedee dat gebruik maakt van de fossiele brandstof cokes. Wel is het proces zodanig geoptimaliseerd dat de CO2 emissies per ton staalproductie inmiddels bij Hoogovens nog maar 1,5 ton bedragen, tegen een Europees gemiddelde van 1,75 ton en ca. 3 ton in China. Sinds 1990 is de energie-efficiency met 28% verbeterd (1,5%/jaar). Voor de langere termijn werkt Hoogovens met andere Europese bedrijven samen in het ULCOS-project, waarin een fundamenteel nieuw proces ontwikkeld wordt dat de emissies nog eens met 50% terugbrengt.
Corus is als grootverbruiker van energie -verplicht- deelnemer aan het CO2-emissiehandelssysteem ETS. Dat werkt op dit moment naar hun mening behoorlijk concurrentieverstorend. De CO2 rechten worden in de EU per lidstaat op een verschillende wijze toebedeeld. Volgens Evert Castelein is Corus in Europa de enige staalproducent die emissierechten moet bijkopen, terwijl het bedrijf een van de meest efficiente producenten is. Daar wringt iets. Met ingang van de volgende handelsperiode (2011) worden de emissierechten voor de staalindustrie op EU-niveau verdeeld, dan is dat probleem opgelost. Wel blijft Castelein zich zorgen maken over de gevolgen als er wordt overgegaan naar 100% veilen van emissierechten, zeker als de opbrengsten niet of niet helemaal worden teruggesluisd naar de sector. De staalmarkt is inmiddels een wereldwijde vechtmarkt geworden, waardoor je bij een CO2 prijs van €30/ton al snel een concurrentienadeel van 10% hebt met landen die niet meedoen met de emissiehandel.
Een ander knelpunt waar Hoogovens mee te kampen heeft is de beperkte investeringsruimte. Dat probleem bestond al binnen de Corus groep, maar is nog versterkt door de overname door Tata. Feitelijk komt het erop neer dat Corus eerst zijn eigen overname moet terugverdienen en pas daarboven ruimte krijgt voor nieuwe investeringen. Gevolg is dat op zich rendabele investeringen -bijvoorbeeld in energie-efficiency- uitgesteld moeten worden. Ik vind dat een kwalijke zaak, waar via wetgeving of fiscaal beleid iets aan gedaan zou moeten worden. Overigens heeft de overname door Tata volgens directeur communicatie Truus Valkering ook een aantal voordelen. Er is een internationale consolidatieslag bezig waarbij de schaal van Corus te klein was om op termijn te overleven. Inclusief Corus is Tata nu de nummer zes in de wereld. Daarnaast heeft Tata eigen ijzererts mijnen, wat belangrijk is bij de huidige schaarste op de wereldmarkt.
Na dit gesprek ging ik op bezoek in het R&D centrum van Hoogovens, waarin onder meer veel productontwikkeling plaats vindt voor autoproducenten. De autoindustrie is een van de belangrijkste afnemers in het bedrijf. Door de inzet van meerdere staalsoorten in chassis, het gebruik van slimmere vervormings- en verbindingstechnieken wordt er veel gewicht bespaard, terwijl tegelijkertijd de veiligheid verhoogd wordt.
Het laatste onderdeel van het werkbezoek had betrekking op de legionellabestrijding binnen het bedrijf. Tijdens de staalproductie wordt veel water gebruikt voor koeling, waarbij waterdamp ontstaat die legionella-bacterien kan bevatten. Ook de waterleidingen in het bedrijf leveren een verhoogd risico op, omdat deze vaak over grote afstanden door warme ruimten lopen.
In 2000 is gestart met het systematisch nalopen van alle industriële en drinkwatersystemen op legionellarisico. In hoogoven 6 is de complete drinkwaterinstallatie vervangen, waarbij een groot aantal “dode einden” en ringleidingen zijn vervallen. Daarnaast is een filtratiesysteem ingebouwd. De ontwikkeling van de risico’s worden gemonitord door middel van 2000 bemonsteringen per jaar. Daarmee loopt Corus voorop bij de uitvoering van de Arbowet op dit punt. Daar mag projectleider Antoine van Hoorn best trots op zijn.
