Ruim twee jaar geleden bracht ik een bezoek aan de rioolzuivering in de Harnaschpolder bij Delft, waar stroom uit stront gemaakt wordt. Dat bekt lekker en is nog duurzaam ook. Vanmiddag bezocht ik samen met Bart Vermeulen van de SP-statenfractie Zuid-Holland en mijn medewerker Arnout Hoekstra de rioolzuivering van Waternet in Mijdrecht, waar ze alweer een stapje verder gaan op de duurzaamheidsladder: ze maken er groen gas.

Frederik Gast van Biogast legt uit hoe de groen gas installatie werkt
We waren in Mijdrecht op uitnodiging van netbeheerder Stedin (het voormalige Eneco netbeheer), die ervaring wil opdoen met het invoeden van groen gas in het bestaande aardgasnetwerk. Dat kan alleen als dat groene gas dezelfde specificatie heeft als het Slochteren-aardgas, dat in Nederland de standaard is. (lees hier over de certificering van groen gas)
De installatie in Mijdrecht is geleverd door Biogast. Hij past in een zeecontainer en produceert jaarlijks 180.000 m3 groen gas, bij een zuiveringsinstallatie van 60.000 vervuilingseenheden. Een snelle rekensom leert dan dat we in Nederland met ons rioolwater op jaarbasis 50 miljoen kuub gas kunnen maken, ruim 1% van de huidige behoefte. Maar dat is nog maar een fractie van het totale potentieel: de reststromen uit de agrarische sector en agro-industrie kunnen nog zeker een factor vijf meer gas opleveren.

Het in Mijdrecht geproduceerde gas kan ook gebruikt worden als brandstof voor het wagenpark van Waternet
Het is dus goed dat de netbeheerders zich nu al aan het oriënteren zijn op de gevolgen van deze ontwikkeling. We spraken met de mensen van Stedin ook over andere investeringen die nodig zijn om een duurzame energievoorziening mogelijk te maken: ze moeten veel extra kabels aanleggen voor windmolens en warmtekrachtcentrales; er moeten slimme netwerken komen om ervoor te zorgen dat alle zonnepanelen op de daken straks hun overtollige stroom terug kunnen leveren; en als iedereen straks in een elektrische auto rondrijdt zal dat ook andere eisen stellen aan de elektriciteitsnetten.
De netbeheerders waren vroeger onderdeel van de geintegreerde energiebedrijven als Essent, NUON, Eneco en Delta. Ze zijn -helaas, helaas!- afgesplitst om de verkoop van die bedrijven mogelijk te maken. Geluk bij een ongeluk is dat de netbeheerders nog steeds in publieke handen zijn. Wat onze betreft gaan ze de komende tijd de gemaakte winst herinvesteren in de noodzakelijke verduurzaming van ons elektriciteits- en gasnet.