De energiebedrijven lichten de hand met het niet-meer-dan principe, dat bepaalt dat de gebruikers van stadsverwarming geen hogere energiekosten mogen hebben dan bewoners met een moderne HR cv-installatie. Dat is kort samengevat de conclusie van het rapport Tariefstelling Stadsverwarming dat de Algemene Rekenkamer op 24 april publiceerde.
Dit concludeert de ARK in zijn samenvattend persbericht:
“Het tarief voor stadsverwarming komt niet transparant en objectief tot stand. Zo is onduidelijk hoe de eenmalige bijdragen worden berekend. Ook de totstandkoming van de warmteprijs zelf is niet te verifiëren door de consument, aangezien de gegevens die brancheorganisatie EnergieNed hiervoor gebruikt, vertrouwelijk zijn.
Onafhankelijk toezicht op de tariefstelling is er niet. Hierdoor valt niet uit te sluiten dat sommige afnemers van stadsverwarming duurder uit zijn dan wanneer zij via een gasaansluiting in hun energievoorziening hadden kunnen voorzien. Dat zou in strijd zijn met het ‘niet-meer-dan-anders’-principe dat de energiebedrijven zelf hanteren.
Wij hebben vastgesteld dat in elk geval bewoners van nieuwe woningen met stadsverwarming waarschijnlijk te veel betalen. Dat hangt samen met de manier waarop EnergieNed de warmteprijs berekent: aan de hand van het gemiddelde energieverbruik in gasgestookte woningen. In die `referentiewoningen’ zijn relatief veel conventionele, minder rendabele CV-ketels aanwezig. In de berekening van de warmteprijs wordt daarmee onvoldoende rekening gehouden, zodat bewoners van nieuwe woningen met stadsverwarming in het nadeel zijn.
De ontwerp-Warmtewet waaraan in de Tweede Kamer wordt gewerkt, biedt oplossingen voor veel van de geschetste problemen. Er blijven echter knelpunten bestaan. In het wetsvoorstel is bijvoorbeeld nÃet geregeld dat leveranciers van stadsverwarming betrouwbare verantwoordingsinformatie moeten verstrekken in hun jaarverslag. Ook het gebrekkige inzicht in de eenmalige ‘aansluitbijdrage’ die bij stadsverwarmingsklanten in rekening wordt gebracht, wordt in het wetsvoorstel niet verbeterd.”
De SP heeft in oktober 2006 al een aantal amendementen (wijzigingsvoorstellen) ingediend voor de ontwerp-warmtewet. Wat ons betreft wordt er nu haast gemaakt met de Kamerbehandeling, want de gedwongen klanten van stadsverwarmingsprojecten hebben al lang genoeg moeten wachten op de verbetering van hun rechtsbescherming.
Het rapport van de Rekenkamer is digitaal beschikbaar op de internetsite van de Algemene Rekenkamer.